Delfshaven had, voor zover gedocumenteerd, een zevental
stellingmolens. De meeste werden gebouwd ten tijde van
de opkomende geneverindustrie om gemout (in vochtige ruimtes
gekiemd en daarna geplet) graan te verwerken, de basisgronstof
voor de alcohol-stokerijen. Er is er slechts een van overgebleven.
De
Distilleerketel is, met gebruik van de oude stenen,
in de jaren tachtig volledig herbouwd en weer operationeel.
Van twee molens, Het Vertrouwen en de Graankorrel, is
alleen de stomp nog aanwezig.
Hoewel veel van oud-Delfshaven in de tweede helft van
de vorige eeuw is weggebroken, blijkt dat de molens het
juist in de eerste decennia moesten ontgelden. Blijkbaar
werden ze gezien als sterk verouderde machines die niet
langer rendabel waren. Ze werden ondanks hun ouderdom
niet beschouwd als historisch erfgoed. Nu kunnen we de
verdwenen molens alleen nog bewonderen op oude prenten
en ansichtkaarten.
Als u op de overzichtsfoto hierboven klikt opent deze
groter in een nieuw venster. Wie een plattegond van de
Delfshavense molens wil zien kan
hier klikken.
Molen de Graankorrel aan de Mathenesserdijk/hoek
Noordschans - gebouwd 1716 - gesloopt 1920
De
stomp van deze molen staat er nu nog steeds. (foto
genomem in het voorjaar van 2004)
De Graankorrel gezien uit de richting van de Noordschans in ca. 1900. Op de achtergrond de huizen aan de Mathenesserdijk, met daarachter de Delfshavense Schie.
Deze molen heette vroeger o.a. de Ruwketel, Rouketel,
Liefdadigheid, De Graankorrel, de molen van Van Beest.
De meeste molens hadden de gewoonte nogal eens van naam
te veranderen tijdens hun bestaan maar deze maakte het
wel erg bont!
Het witte gebouw is het voormalige tolhuis. Op de Mathenesserdijk,
de doorgaande verbinding tussen Delfshaven en Schiedam
werd vroeger tol geheven. Wie via de Westzeedijk verder
reisde naar Rotterdam vond daar overigens
nog
een tolhuis, genaamd de Bontepaal, op zijn of haar
weg.
Hieronder een foto uit 1917. Zo te zien op deze foto
is er net begonnen aan de ontwikkeling van de nieuwe
stadswijk Tussendijken, toen nog polders met weideland
tussen de Schiedamseweg en de Schie.
Een tekening uit 1800 van Gerrit van Groenewegen. We
staan op de Mathenesserdijk en zien verderop de Graankorrel,
toen Rouketel geheten, en rechts van de Pelgrimvaderskerk:
de Beer en de Waakzaamheid.
(toelichting
ondestaande foto: De Graankorrel en het tolhuis vanaf
de Delfshavense Schie - 1911)
Uit
de molendatabase: Op
10 september 1716 werd de bouw van de molen notarieel
vastgelegd door Nicolaes van der Vaart, notaris
te Delfshaven. Op die datum verschenen voor hem
de heren Nicolaes Lambregtz Hugooszoon, Johannes
Verhouff en Arij Bos, alle drie inwoners van Delfshaven.
De molen werd gebouwd op de Schielandse Hoge Zeedijk
(thans Mathenesserdijk) waarvoor toestemming werd
verkregen van het Hoogheemraadschap van Schieland.
Die toestemming werd op 27 oktober 1716 verkregen.
Op 14 november 1716 verschenen de eigenaren van
de te bouwen molen opnieuw voor notaris van der
Vaart want er kwamen twee nieuwe eigenaren bij en
wel Ary Edelman en Johan Geschier.
Met de bouw van de molen was men inmiddels begonnen
want de 'de heeren Burgemeesteren en regeerders
der stad Delff' hadden daarvoor ook hun toestemming
verleend. De molen kreeg de naam Rouketel. Deze
naam verwijst naar de moutwijnindustrie. In een
rouw- of ruwketel wordt het uitgegiste beslag ter
winning van alcohol in een distilleerketel (de ruwketel)
afgestookt.
De naam De Liefdadigheid dateert uit rond 1846.
De naam De Graankorrel dateert uit 1868.
Op 8 maart 1911 werd de molen eigendom van de Rotterdamsche
Cooperatieve Broodbakkerij en Verbruikersvereniging
'Vooruitgang.' Op 6 november 1921 werd de molen
onttakeld na een storm. Lange tijd daarna is de
molen eigendom geweest van de firma Van Beest en
heette daardoor in de volksmond 'de molen van Van
Beest'. |
Molen de Hoop aan de Schans - gebouwd 1791 - gesloopt
1908
Een Delfshavense huisvader wandelt rond 1900 met zijn
kroost over de Westkousdijk in de richting van de Ruigeplaat.
De huidige wijk Bospolder was destijds nog een echte polder
waar de koeien graasden.
Uit de molendatabase:
In 1792 toestemming
gegeven aan C. v.d. Staal, P. Schiltman en M. Hoek
voor bouwen moutmolen. De molen werd gebouwd omdat
tussen 1791 en 1794 negen nieuwe branderijen in
Delfshaven werden geopend. Rond 1900 is de molen
onttakeld en in 1909 is het restant gesloopt. De
molen stond aan de Watergeusstraat, ongeveer 50
meter ten noorden van de 2e Schansstraat. |
Molen Het Vertrouwen aan de Schans - hoek 3e Schansstraaat
- gebouwd 1853 - gesloopt 1921
|
Uit de molendatabase:
Het Vertrouwen werd in
1853 door Jan Voogd en Arie Klumpes gebouwd. Klumpes
was de eigenaar van De Vier Winden in Terbregge
en Jan Voogd was zijn knecht.
Voogd trad in het huwelijk met een timmermans-dochter
van rijke komaf, waarna Klumpes Voogd het voorstel
deed samen een nieuwe molen te bouwen in Delfshaven.
De molen werd later eigendom van F.A. Stroink en
weer later een mouters- en branderscombinatie.
Hij
werd uiteindelijk verkocht aan de familie Homburg,
die ook De Distilleerketel bezat.
Op 5 april 1921 brandde de molen uit.
Onderin de
molen is toen een maalderij ingericht.
Door
een brand op 5 april 1921 werd de molen verwoest.
De romp is scheef gezakt. |
|
Op
deze foto is te zien hoe de geblakerde en scheefgezakte
stomp van deze in 1921 na een brand gesloopte molen tegenwoordig
boven de moderne nieuw- en renovatiebouw uitsteekt, met
op de achtergrond de Distilleerketel. De hijskraan die
er tussendoor te zien is, is de havenkraan van Scheepswerf
'De Delft' aan de verderop gelegen Schiehaven. Daar wordt
het gelijknamige 18e-eeuwse oorlogsschip nagebouwd.
Deze
foto toont de scheve molenstomp van dichtbij, gefotografeerd
vanaf de ander kant.
De Hoekmolen aan de Spangense Kade - gebouwd 1771
- gesloopt 1914
De Hoekmolen stond net voorbij
de naar Schiedam afbuigende Mathenesserdijk aan
de Spangense Kade.
Boven een foto van rond 1900. Op de voorgrond
de Delfshavense Schie. Naast de molen staat de
woning van de laatste molenaar J. Koenderman. Kort nadat hij de molen in 1912 verkocht aan
de gemeente Rotterdam werd deze gesloopt.
Enoude 18e-eeuwse prent van de Hoekmolen
door Gerrit Groenewegen.
foto: Hoekmolen aan de Delfshavense
Schie, 1890
Molen de Waakzaamheid - gebouwd 1753 - gesloopt
1919
De Waakzaamheid in de 18e eeuw, met links het op deze tekening
een wat smal uitgevallen VOC gebouw.
De tekst op deze ansichtkaart wekt de indruk dat de
molen op de Waaldijk staat, maar dat is niet juist:
het is de Waaldijk vanwaar wij van dit uitzicht genieten.
De Waakzaamheid staat op deze prent aan de Achterhaven,
aan de andere kant van de smalle brug rechts in beeld,
over de toegang tot de Buizenwaal.
De foto uit 1904 hierboven gaf Ronald Bagijn van R-BRUSH inspitatie voor een prachtige muurschildering.
Uit de molendatabase:
Er stond hier al een standerdmolen in 1540. De molen
werd ook wel molen van Moens en Bakhuizen genoemd.
In de molen was ook een gedenksteen gemetseld, waarop
het volgende te lezen stond:
Op den 29 Maart 1753, soo met seyt,
Is door Gerrit Samot en Nicolaas Roodenburg
Den eersten steen aan dese Koorenmoolen geleyt.
De stigers syn in een complot:
Bartholomeus Roodenburg en David Samot In 1752 vroegen
David Samot en Bartholomeus Roodenburgh, ‘eijgenaars
en molenaars van de Koorn-windmoolen, staande aan
de oostzijde van de nieuwe haven op Delfshaven’
toestemming aan de bestuurders van Delft om ‘in
plaatse van de voorsz oude vervalle houte moolen,
op steene voet, op dezelfde plaats, een geheele
nieuwe steene Koorn-windmoolen ’Met een breedte
van 32 en een hoogte van 74 voet te mogen maken,
omdat de oude molen ‘sodanig vervallen is
dat dezelve niet oorhaarlijck kan worden gerepareerd’.
De toestemming kwam op 9 augustus 1752.
Op 2 juli 1919 werd de molen gesloopt, wat in ieder
geval voor 18 november een feit was. |
Houtzaagmolen De Beer aan de Waaldijk - gebouwd
ca. 1660 - gesloopt ca.1865
Gezicht op de Nieuwe Maas voor de Keldermakerswerf en
de houtzaagmolen De Beer. Prent uit ca.1800.
Zaagmolen De Beer was een stellingmolen met stenen voet
en een houten opbouw en bovenbouw.
Uit de molendatabase:
De aanwezigheid van de scheepswerf van de Delftse
kamer van de V.O.C aan de overkant van de Buizenwaal
zal zeker tot voorspoed van de molen hebben bijgedragen.
Het verdwijnen zou samenhangen met een ter plekke
aanwezige scheepswerf.
In 1714 en 1715 zijn de eigenaars Leendert Blommendaal
en Pieter van den Berg(h). In 1716 deden deze twee
'saegmolenaers' het verzoek aan het Hoogheemraadschap
Schieland om in plaats van de gesloopte loods aan
de buitenkant van de 'Hoogen Zeedijk te moge timmeren
een huijs om meer ruymte tot het leggen van hout
te hebben'. Op 2 mei werd dit verzoek toegestaan.
Op 4 april 1739 waren Cornelis van den Berg, Cornelis
de Wit en Jan van den Berg de eigenaren.
In 1765 in januari werd de boedel aan Ignatia Somwil
verdeeld, zij was weduwe en boedelhoudster van Cornelis
Blommendaal en Cornelis de Wit, Cornelis de Wit
en Agnita de Wit.
In haar testament gaf zij te kennen dat de molen
waarvan de helft behoorde aan de weduwe van wijlen
Louwerens Reijgersbergh, voor een bedrag ter waarde
van fl 5000 zou toebehoren aan de oudste zoon van
haar inmiddels overleden zoon Pieter de Wit. Begin
1773 erfde zoon Willem Reijgersberg de helft van
de zaagmolen.
Op 15 juli 1802 werd de molen te koop aangeboden
door de erfgenamen Debora Lubeek en Willem Reijersberg,
nadat de vorige eigenaren inmiddels waren overleden.
Op 22 juli werd Nicolaas van ’t Hoff de nieuwe
eigenaar. Verder is er niet veel meer bekend, sinds
1818 wordt de molen nergens meer vermeldt. |
Houtzaagmolen(s) van de VOC-Delft te Delfshaven - 17e
en 18e eeuw
Oude prenten tonen een uit hout opgetrokken molen op de
werf van de VOC. Boven een uitsnede uit een vroeg-zeventiende-eeuws
panorama van Coenreat Decker dat o.a. het V.O.C. magazijn in de oorspronkelijke
vorm laat zien, compleet met vier hemelbogen.
De molen -meer vooraan op de tekening- wekt
sterk de indruk een houtzaagmolen te zijn. Later werd op deze plek graanmolen de Waakzaamheid gebouwd.
Rechts een andere (?*) molen
op een uitsnede van een afbeelding van de brand die op
13 september 1746
het VOC-magazijn verwoestte.
* Dit zou eventueel ook houtzaagmolen
De Beer op de Waaldijk kunnen zijn. |
|
|
Houtzaagmolen François aan de Westzeedijk
- gebouwd 1724 - verbrand 1846
Nog net een 'Delfshavense molen', want de locatie ervan was aan de rand van het grondgebied van Delfshaven. Bovendien
zou ik u deze sfeervolle winterse tekening van Gerrit
Groenewegen van rond 1800 niet willen onhouden. Groenewegen woonde
zelf aan de Westzeedijk. De molen stond
daar waar in 1870 "Het Park" werd aangelegd
door de beroemde Haarlemse tuinarchitecten Zochers.
Uit de molendatabase:
Deze sierlijke houten stellingmolen stond oorspronkelijk
op de grens van Rotterdam en Delfshaven, zo'n beetje
in het verlengde van de noordkant van de Parklaan
(op de plaats van het huidige Parkzicht). Adriaan
van Swijndregt liet de molen bouwen in 1724.
Waarschijnlijk noemde hij zijn houtzaagmolen naar
zijn neef, François van Swijndregt, daar
hij zelf geen kinderen had. In 1801 werd de naam
gewijzigd in de Phoenix. Enige tijd later
verkochten de Van Swijndregts de molen aan de Rotterdamse
meester-timmerman J. Valkenier. Valkenier brak de
molen af en verplaatste hem richting de Nieuwe Maas.
In januari 1846 verbrandde deze molen. |
Oliemolen De Hoop aan de voormalige zeedijk bij Schoonderloo -
gebouwd 1718 - gesloopt 1907
foto boven - Keldermakerswerf ca. 1905 - de molen is de
koren- (later olie-) molen de Hoop. foto onder- vanaf
de andere kant.
Op dit deel van de voormalige zeedijk lopen nu het Heiman Dullaertplein en de Pieter de Hoochstraat.
De molen had gedurende haar leven een aantal verschillende
functies en namen: pelmolen 'Runmolen',
pel/korenmolen 'Maaszigt' en oliemolen 'de Hoop'. In 1907 is de molen gesloopt
en in Ouderkerk aan den IJssel als houtzaagmolen 'Hermina' herbouwd, en aldaar in 1953 afgebrand door een kortsluiting.
Onderstaande foto uit het jaar ervoor (1904) van dezelfde molen, gezien vanuit een andere hoek, ontving ik per e-mail van Nanne Weber uit Utrecht (waarvoor mijn dank). Het grote pand rechts lijkt te zijn verdwenen op de foto hierboven. De goed herkenbare struktuur op de muur van het huizenblok met de dakkapellen laat op beide foto's zien waar het traphuis en kamers van een reeds weggebroken pand erop aansloten.
Nanne gaf de volgende beschrijving: "Mijn betovergrootvader Jacobus Weber zou molenaar geweest zijn in deze molen. Waarschijnlijk ergens tussen 1825 (?) en 1867 (jaar van zijn overlijden). Van een tante kreeg ik deze foto, die erg lijkt op een van de foto's op jouw site. Het pand ernaast zou de Kistenfabriek van de gebr. Weber moeten zijn. En weet je waar ik informatie kan vinden over wanneer de molen bij wie in gebruik was?"
Wie meer kan vertellen over de geschiedenis van deze molen kan dat kwijt in het gastenboek.
Zie ook de bijzonder informatieve
Database van Verdwenen Molens in Nederland (zoek op
"Delfshaven")
Op die website is ook nog informatie te vinden over de
in 1907 afgebroken/verplaatste
molen De
Hoop aan de Westzeedijk - thans 2e IJzerstraat - en
de in 1863 verbrande molen
De
Goede Verwachting aan de Mathenesserdijk ter hoogte
van de huidige Zoutziedersstraat.
|